Angst valt zwaar, zowel om mee te leven als voor hen die het treft. Ik ontmoet veel angst voor moslims, angst waarvan ik merk dat ze soms omslaat in haat voor de Islam, in het weg willen kijken van alle moslims uit Nederland. Sinds 1989, het jaar waarin Salman Rushdie ter dood is veroordeeld, werden de moslims in Nederland herhaaldelijk in alle openheid bestempeld als onverdraagzaam en fundamentalistisch. Vandaag de dag wordt de gruwelijke misdaad van 11 september als bewijs aangevoerd voor het weerzinwekkende wat volgens hen zou horen bij de Islam en dus ook bij Moslims. Want, laat dit niet zien hoe de Islam is en wat Moslims in werkelijkheid willen?
Is dat zo?
Is het terecht om zo in het algemeen over de Islam en over alle moslims te oordelen? Toont dit ècht aan wat voor godsdienst de Islam is en wat voor mensen moslims zijn? Eigenlijk weten we best wel dat die misdadige terreurdaad het werk is van één Islamitische stroming, onder leiding van die ene mens, Bin Laden. Weten wij nog dat de meeste Islamitische organisaties in Nederland zich meteen van deze misdaad hebben gedistancierd? Is het dan terecht om hen op de hoop van die ene misdadiger en fundamentalistische stroming te gooien?
Een vergelijking. Het is bekend wat er in de Tweede wereldoorlog voor gruwelijks is gebeurd. We gooien toch ook niet alle christenen op één hoop met de christenen die de Joden naar de gaskamers hebben geleid? Toont de veelvoudige verkrachting van vrouwen en meisjes in het voormalig Joegoslavië en in andere oorlogen aan dat het Christendom en de Islam agressieve godsdiensten zijn?
Wanneer we vanuit angst naar Moslims kijken, zetten we ongemerkt de zaak op de kop. Eerst worden grove en kwetsende beschuldigingen geuit en vervolgens vragen we moslims om te bewijzen dat de beschuldigen niet waar zijn. Het lijkt me vreselijk wanneer de mensen zó naar je kijken en zó met je omgaan. De schuld staat vooraf al vast en je kunt nog zo vriendelijk zijn, het wordt gewoon niet geloofd. Wanneer angst ons kijken bepaald, kunnen moslims het gewoon niet echt goed doen. Het goede wordt dan als uitzondering gezien en met argwaan bekeken. Het zegt dan blijkbaar niets over wie ze zijn als mens en gelovige. Ik moet denken aan het gezegde dat angst een slechte raadgever is. Angst leidt tot wantrouwen en haat, het kan zoveel kapot maken.
De macht van angst zonder meer leidt tot de nacht van haat.
Wanneer de Imam in Leeuwarden ingenomen is met een Bijbel die ik hem geef, dan geloof ik hem. Iemand die hierover in de krant heeft gelezen schrijft: 'Dat u zo onnozel bent hem te geloven'. Ja, ik geloof de imam. Terecht wijst hij er op dat in de Islam ook de Bijbel een heilig boek is.
Voor mij hoort het bij een christelijke levenshouding om de ander serieus te nemen in het eigen geloof en met respect te behandelen. Wat niet wil zeggen dat we het over alles roerend eens zijn. Beslist niet! Denk maar aan de belijdenis rond Jezus Christus.
Wel geloven we dat we elkaar als medemens en gelovige nodig hebben in onze gezamenlijke inzet voor een samenleving, tot eer van Gods Naam. Een Naam die wordt geëerd wanneer we eerlijk en open met elkaar omgaan.
Ik beschouw de moslims in Nederland als landgenoten. We wonen, vaak al lange tijd, samen in een land met een kostbare staatsvorm: een democratie die de mensenrechten als basis van de democratie in het eerste artikel van de grondwet heeft opgenomen.
Een dictatuur en fundamentalisme vind ik beangstigend. Veel moslims trouwens ook.
Want waarom denkt u dat christenen èn moslims vluchten uit Iran, Irak, Pakistan, uit dictaturen? In een dictatuur is een politiek leider ook de godsdienstige leider. Hij gebruikt de staatsmacht en het geloof om mensen naar zijn hand te zetten en in zijn opvatting te dwingen. In de bijbel wordt het beeld van het tweesnijdend zwaard gebruikt, wanneer we God en geloof naar onze hand willen zetten ten koste van medemensen. Gruwelijk, vinden veel christenen, moslims en anderen. Daarom moeten we ervoor oppassen dat angst voor de Islam ons niet leidt tot dezelfde houding tegenover moslims in Nederland.
In een kerkdienst nemen de Imam en ik elkaar uiterst serieus. We vinden onze gezamenlijke opdracht voor rechtvaardigheid, vrijheid en liefdevol respect, dermate belangrijk dat we naast elkaar gaan staan. We spreken na elkaar, ieder vanuit ons eigen Heilige Geloofsboek. We aanvaarden een wederzijdse verantwoordelijkheid voor elkaar, willen instaan voor elkaar en zoeken hierbij Goddelijke oriëntatie, steun en bemoediging. Alle twee roepen we die ene Schepper aan, 'van hemel en aarde, van al wat leeft'. We poetsen het verschil in ons spreken over Jezus niet weg, we ontkennen geen bezorgdheid, wel erkennen we elkaar wel als gelovigen.
We spreken elkaar aan vanuit een houding van wederzijds vertrouwen in elkaar.
Want we zien elkaar als een door God geschapen mens, een kostbaar mens.
Corry Nicolay is interreligieus predikant en mede oprichster van het Platform Levensbeschouwing in Kleurrijk Fryslân.