Nederland is van oudsher een christelijk land. Dit is te merken aan de zondag en christelijke feestdagen die nationale vrije dagen zijn. Als christen heb ik hiermee van oudsher een streepje voor en ben gemakkelijk in staat om de zondag en feestdagen samen met medegelovigen te beleven en te delen. Al veel jaren wonen in Nederland mensen, die op joodse, islamitische, hindoestaanse of andere wijze betekenis geven aan hun leven.
Omdat Nederland een democratie is, hebben zij in principe recht op een gelijkwaardige plaats in de samenleving. Dat gaat niet zomaar spontaan, maar is een zaak van politieke besluitvorming. In 1985 is bij de wet geregeld dat gelovige mensen, wanneer zij dit vragen, vrij horen te krijgen voor godsdienstige feestdagen. Het is een eerste stap, maar de ongelijkheid blijft bestaan. In de praktijk zijn het de betrokkenen zelf, de bedrijven en de scholen die deze vragen ontmoeten en ermee om moeten gaan.
Meerdere mensen vinden het vervelend om elk jaar vrij voor hun geloofsfeest te vragen. Ze merken dat hun vragen lastig gevonden worden. Ze beseffen dat het de mening voedt dat moslims, joden en hindoes lastig zijn en dus een probleem vormen. Ouders en hun kinderen kunnen in een tweestrijd terechtkomen. Willen ouders graag dat hun kinderen vrij krijgen van school, vaak merken ze dat de kinderen dit vervelend vinden. Ze missen dan lessen of moeten dit later inhalen. Bovendien hebben veel kinderen er een hekel aan om op deze wijze op te vallen en anders te zijn dan de rest. Ze voelen zich een buitenbeentje en willen er gewoon bij horen.
Eigenlijk is het van nationaal belang wanneer Nederland het eigen democratische uitgangspunt hoog in het vaandel houdt. In een democratie mag de regelgeving niet blijvend één godsdienst bevoordelen. Herhaaldelijk is al gebleken dat slechte voorwaarden voor de godsdienstbeleving van een bepaalde groep, discriminatie door derden in de hand werkt. Want zij zijn dan de vragende, die inbreken op wat we gewend zijn. De democratische eerlijkheid vraagt ons om met de vrije dagen gelijkwaardig om te gaan.
Ik zou het prima vinden om alleen eerste Kerstdag vrij te zijn. En Hemelvaartsdag? De kerkdiensten zijn 's avonds. Pasen en Pinksteren vallen al op een zondag, waardoor de tweede feestdag gemakkelijk ingeruild kan worden. Bijvoorbeeld een nationale vrije dag voor een islamitische, hindoestaanse en joodse feestdag. Zolang de nationale vrije dagen in onze niet democratie niet kleurrijk zijn geregeld, zal het lastige de overhand houden. En dit staat de positieve beleving van een kleurrijke samenleving in de weg.
Corry Nicolay is PKN predikant interreligieuze communicatie en voorzitter van de stichting Studenten en Musahar Project Nepal.
Zie:https://www.facebook.com/studentenprojectnepal