De reactie van derden is vaker belastend dan bemoedigend. Haast vanzelfsprekend worden problemen verwacht, want kan zoiets wel goed gaan? Binnen onze van oudsher christelijke samenleving is lang huiverig gereageerd op gemengde relaties van protestantse en katholieke huize: 'Twee geloven op één kussen, daar slaapt de duivel tussen'. Wanneer het dan om twee echt verschillende godsdiensten gaat is de huiver nog groter. Zeker bij een islamitisch- christelijke liefde. De jonge mensen weten best wel dat veel mensen het bijzonder vinden wanneer het goed gaat, want het is immers normaal dat het 'gewoon' fout gaat. Dan is er veel wilskracht, doorzettingsvermogen én liefde nodig om een relatie goed en open te houden.
Het bijzondere van een kleurrijke relatie is de ontmaskerende invloed ten aanzien van eigen cultuur- en geloofswaarden. Verschillen worden gaandeweg de relatie pas écht duidelijk. En daardoor kunnen beide partners groeien in het eigen geloof en zijn ze tegelijk kwetsbaar. Want hoe reageer je op elkaars geloofsverschillen? Wordt gezocht naar de optelsom of worden keuzes gemaakt? Natuurlijk kun je samen Kerstfeest én Ramadan vieren. Hoe ga je om met de voedingsregels van dat andere geloof en met het vasten? Heb je al ontdekt dat jij gewoon kunt blijven eten wanneer zij vast tijdens de Ramadan?
Wanneer kinderen geboren worden staan de ouders weer voor nieuwe vragen. Hoe gaan ze om met de tweetaligheid en met de beide godsdiensten? Regelmatig hoor ik jonge ouders zeggen dat hun kinderen later zelf moeten kiezen. Ze willen de kinderen hierin vrij laten. Dit is een respectabele keuze, maar voor de kinderen niet altijd even gemakkelijk.
Wanneer de liefde samen wordt gedeeld, dan zijn er ook de verschillen in gewoonten. Het duurt even voordat je ontdekt waarom de één de ogen tijdens het spreken neerslaat of van je wegkijkt en de ander je juist recht in de ogen kijkt. Beide houdingen getuigen van respect voor de ander, maar kunnen onbewust als onbeleefd of stiekem worden ervaren. Zo ook het zwijgen. 'Wie zwijgt, stemt toe', vind de één terwijl de ander juist met het zwijgen het nadenken of distantiëren wil benadrukken.
En hoe denken de partners over de positie van vrouwen en mannen en de rolverdeling tussen hen beiden? Steeds vaker hoor ik dat het zo gaandeweg lukt om bij deze vaak beladen en gevoelige vragen de verschillen in opvattingen te benoemen en te bespreken.
Heel belangrijk is de vraag: Wat ontmoeten ze door ons? De gedachte van wat hoort en moet? Of ontmoeten zij die heerlijke ruimte en de liefde voor hen waarin hun relatie tot bloei kan komen? Het wordt als een opluchting en verademing, als een zegen ervaren wanneer ze medemensen ontmoeten die geloof hechten aan hun relatie en begrip op kunnen brengen voor de kwetsbare vragen die bij hun gezamenlijke levensweg horen.
Corry Nicolay is PKN predikant interreligieuze communicatie.